1. Dep de sukadelappen droog met keukenpapier. Pel en snipper de sjalotjes en knoflook. Verhit de olie of bakboter in een grote braadpan, en bak hierin de sukadelappen rondom bruin. Haal de sukadelappen uit de pan en breng op smaak met een beetje (!) zout en flink wat peper.
2. Bak in het achtergebleven bakvet de sjalotjes en knoflook gedurende 1 minuut. Voeg de sukadelappen daarna  weer toe en  schenk hierop de bouillon en de wijn. Voeg de jeneverbessen, kruidnagels en laurier toe en breng aan de kook.
3. Besmeer het bruine brood royaal met mosterd en leg bovenop, met de mosterd omlaag, in de pan. Draai het vuur laag, en laat de sukadelappen 90 minuten zachtjes stoven. Check daarna of je wellicht nog wat extra bouillon, water of wijn moet toevoegen, zodat het stoofvlees niet droog komt te staan. Laat daarna nogmaals 60- 90 minuten stoven (afhankelijk van hoe dik je de jus wil hebben).
4. Maak ondertussen de hutspot: Schil de aardappels en snijd in parten. Pel de ui en snijd in parten. Was en schrap de bospeen en snijd in plakjes van 5 mm.  Breng dit alles met de zout aan de kook in een pan water. (Zorg dat alles nét onder water staat).
5. Laat de hutspot 20-25 minuten doorkoken, giet daarna af een stop terug in de pan. Snijd de boter in vieren en voeg toe. Gebruik vervolgens een pureestamper om hier een grove hutspot van de maken. Voeg op het laatst een scheutje (warme) melk toe en stamp licht door om smeuïg te maken.
6. Verwijder de laurier uit de saus en serveer de sukadelappem met hutspot.

Eet smakelijk! Groetjes, Betty