Print

Recept: Slawraps met gebakken banaan en pindasaus

5 Stars 4 Stars 3 Stars 2 Stars 1 Star

No reviews

Voor de Meatless Monday van vandaag maakte ik deze kleurrijke slawraps met rijst, gebakken banaan en zelfgemaakte pindasaus. Het lijkt misschien een ingewikkeld recept, maar dat is het absoluut niet! Het is dan wel een heerlijk alternatief voor deegwraps en maakt dit recept meteen glutenvrij!

  • Author: Nanda Appelman
  • Cook Time: 25 minutes
  • Total Time: 25 minutes
  • Yield: 2 personen 1x
  • Category: Vegetarisch hoofdgerecht
  • Cuisine: Caribische keuken

Ingredients

Scale

Ingrediënten voor de slawraps:

  • 1 ijsbergsla
  • 150 gram wilde rijst (of een combinatie met witte of zilvervliesrijst)
  • 2 rijpe bakbananen (dat betekent bij bakbananen: een zwarte schil!)
  • 50 gram rauwkost
  • Handje kiemen
  • Peper en zout
  • 3 el. kokosolie om te bakken
  • Eventueel prikkers om de slawraps vast te zetten

Ingrediënten voor de pindasaus:

  • 75 gram pindakaas (zo puur mogelijk, check de ingrediënten)
  • 1 el. ketjap
  • 50 ml. water
  • 100 ml. kokosmelk
  • ½ tl sambal
  • 2 cm. verse gember
  • 2 teentjes knoflook
  • Peper en zout
  • 1 el. kokosolie om te bakken

Instructions

  1. Breng water met een snufje zout aan de kook voor de rijst. Kook de rijst volgens de gebruiksaanwijzing. Zodra de rijst gaar is en afgegoten laat je het licht afkoelen in de pan. 
  2. Schil ondertussen de bakbananen. Dit doe je anders dan een gewone banaan. Je snijdt de boven- en onderkant ervan af en snijdt de banaan met het mes in de lengte in tot het vruchtvlees. Vervolgens kun je de schil er gemakkelijk afpellen.
  3. Snij de bakbananen schuin in brede plakken. Verwarm de kokosolie in een koekenpan op middelhoog vuur. Bak daarin de plakken bakbanaan om en om totdat ze lichtbruin kleuren. Zorg dat ze niet aanbranden, het kan namelijk opeens hard gaan. 
  4. Tijdens het bakken van de bakbananen kun je alvast aan de slag met het maken van de pindasaus. Schil de gember en de teentjes knoflook en snij ze heel fijn. Verwarm de kokosolie in een steelpannetje op laag vuur. Voeg de knoflook en gember toe en verwarm deze voor 1 a 2 minuten. Niet langer, anders wordt het bitter. Schep vervolgens de pindakaas in de pan, net als de ketjap, kokosmelk en water. Roer goed door, eventueel met een garde als er klontjes blijven. 
  5. Breng de pindasaus aan de kook en zet het vervolgens op laag vuur. Laat de saus zo’n 5 minuten zachtjes doorkoken terwijl je ondertussen regelmatig roert. Roer vervolgens de sambal erdoorheen. Proef de saus en voeg naar smaak nog zout en peper toe. 
  6. Pluk van de ijsbergsla de buitenste 4 grote bladeren. Check of ze goed vers zijn, soms is het buitenste blad namelijk minder geschikt. Leg ze klaar om te vullen met de nerven verticaal. De overige ijsbergsla kun je bewaren om de volgende dag een salade mee te maken!
  7. Schep de rijst horizontaal in de bladeren en vermaal hier naar smaak wat verse zout en peper overheen. Vervolgens verdeel je de bakbananen, rauwkost en kiemen over de bladeren. Rol de bladeren nu via de nerf tot een rol en zet ze eventueel vast met een prikker. 
  8. Serveer de slawraps met de pindasaus ernaast geserveerd.

Bewaartip: de slawraps zijn minder geschikt om te bewaren, de pindasaus daarentegen wel een paar dagen! Die kun je dus op een later moment weer lekker opwarmen.

Eet smakelijk!

Liefs, Nanda