1. Verwarm de koekenpan op middelmatig vuur. Voeg de olijfolie en knoflookteentje toe en bak deze gedurende 1 minuut. Voeg daarna de verse spinazie (in delen) toe. Laat de spinazie volledig slinken terwijl je af en toe doorroert. Verplaats de spinazie naar een bolzeef en druk met een lepel al het vocht uit de spinazie. Laat daarna iets afkoelen.
2. Stop de ricotta, parmezaanse kaas, peterselie en paneermeel in een mengkom. Hak de spinazie fijn en voeg toe, evenals een snuf zout en vers gemalen peper. Roer met een lepel het kaasmengsel goed door tot alles met elkaar vermengd is.
3. Zet nu 2 kommen klaar om te paneren. Eentje met het ei en de ander met het paneermeel. Maak je handen een beetje vochtig. Schep met een eetlepel steeds een hoopje kaas uit de mengkom en draai hier totaal 12 ballen van, ter grootte van een golfbal. Haal daarna de ballen stuk voor stuk door het ei, en daarna door het paneermeel. Tip van Betty: als je een diep rond kommetje met paneermeel gebruikt kun je het balletje er in leggen en het kommetje in rondjes ‘walsen’. Dan wordt de kaas ook volledig rondom bedekt en vorm je er meteen ook een mooie ronde vorm van.
4. Verwarm zo’n 3 cm olie in de (schoongemaakte) koekenpan. Plaats de polpette in de koekenpan en frituur ze op 180 graden goudbruin. Draai voorzichtig om en frituur de andere zijde ook goudbruin. Bij mij duurde dit slechts 8 minuten. 
5. Ondertussen verwarm je de passata en schep de helft in een (diep) serveerbordje. Plaats de gefrituurde polpette di ricotta hierop en lepel de overige helft van de saus er overheen. Dit gerecht is zowel warm als koud te eten. Echter geniet warm de voorkeur want dan lijken ze het meest op bitterballen of gefrituurde kaasballen.

Eet smakelijk!