Verwarm de oven voor op 175 graden /160 hete lucht. Bekleed een bakplaat met bakpapier. Haal het deeg uit de koelkast en rol uit tot een lap van maximaal 5 mm dik.
Steek met een uitsteekvormpje de hartjes uit en leg deze op de bakplaat. We gebruiken uiteraard óók de restjes: dus vorm van de deegresten nogmaals een bal en rol opnieuw uit om nog meer vormpjes uit te steken. Bak hierna de koekjes mooi bruin in de voorverwarmde oven: dit duurt ongeveer 15-20 minuten. Laat ze hierna goed afkoelen.
Maak ondertussen het glazuur: Verdeel de poedersuiker over 3 kommetjes (50 gram per kom). Boven de eerste kom roer je het poedersuiker los met het water. Dit wordt wit glazuur. In de tweede kom wrijf je de frambozen door een bolzeef(je) en het sap roer je door het poedersuiker. Dit wordt roze glazuur.
En in het derde kommetje roer je de bramen door een zeefje. En met dit vrijgekomen frambozensap roer je ook weer een papje met de poedersuiker. Dit wordt paars glazuur.
Schep met een theelepel een beetje glazuur in het midden van de koekjes en strijk deze een beetje egaal uit met de bolle kant van de theelepel. Decoreer de koekjes met glazuur vervolgens met eetbare strooisels en versieringen. Daarna dient het glazuur enkel nog uit te harden / op te drogen op het aanrecht.
Deze koekjes met glazuur kun je 5 dagen bewaren in een afgesloten trommel. Daarna beginnen ze hun lekkere bite helaas te verliezen.