1. Stop het volkorenmeel in de mengkom van de mixer. Maak 2 kuiltjes hierin. Stop het zout in 1 kuiltje. En de suiker en gist in een ander kuiltje. Leg de boter er bovenop en plaats de kom in de mixer en plaats de deeghaken. 
2. Meng de melk met het water en giet dit rustig bij de bloem, terwijl je mixt in de laagste stand. Zodra alles na een paar minuten een beetje aan elkaar begint te kleven (en dus goed vermengd is), verhoog je de mixer snelheid naar middelmatig en laat vervolgens 10 minuten kneden tot je een soepel en elastisch volkoren deeg hebt.
3. Heb je geen mixer? Bestuif het aanrecht met wat gewone bloem en kneed hierop het deeg goed door: hou het deeg met één hand op de plaats, terwijl je met de andere hand het deeg van voren naar achter duwt, en dus uitrekt. Terwijl je het ‘loslaat’, draai je het deeg steeds een stukje met de ‘vaste’ hand. Zo kneed je als het ware het gehele deeg, en na 15 minuten kneden (hallo spierballen!) af en doe dubbelvouwen, en opnieuw kneden, krijg je zo een mooi soepel volkorendeeg.
4. Vorm van het deeg een bal en leg deze afgedekt met huishoudfolie of een theedoek in een kom. Laat 45-60 minuten rijzen op een warme plek. Bestuif opnieuw het aanrecht met wat gewone bloem en druk hier het gerezen deeg op uit, in de vorm van een rechthoek. Snijd het deeg in 12 gelijke stukken, en vorm hier met de hand bolletjes van.
5. Verdeel de bolletjes op een met bakpapier beklede bakplaat. Dek af met huishoudfolie of een theedoek, en laat nogmaals 45-60 minuten narijzen. Verwarm de oven voor op 225 graden/200 hete lucht. Bestrijk de gerezen bolletjes met een losgeklopt ei, en versier eventueel met wat zaadjes of pitten
6. Bak de bolletjes in 15-20 minuten goudbruin in een voorverwarmde oven op 220 graden (200 hete lucht).
7. Zodra de bolletjes uit de oven komen bestrijk je deze direct met wat water (voor een ‘krokante’ bovenkant) en laat ze afkoelen op een rooster.

Eet smakelijk! Groetjes, Betty