- Zeef de bloem boven een beslagkom. Voeg de poedersuiker, zout, roomboter en eierdooiers toe en kneed het geheel tot een samenhangend deeg. Mocht het deeg wat te droog worden voeg dan 1- 2 eetlepels koud water toe. Vorm een bal van het deeg en druk een beetje plat. Verpak in folie en laat 30 minuten rusten in de koelkast.
- Vet bakvorm in en bestuif met een beetje extra bloem. Klop het overtollige bloem uit de vorm. Rol het gekoelde deeg uit tot een lap van 5 mm dikte. Bekleed hiermee de quichevorm, druk het goed in de ribbels van de zijkant en snijd overhangend deeg weg. Prik het deeg in met een vork en plaats nog eens 30 minuten in de koelkast om te rusten.
- Verwarm de oven voor op 160 graden (145 hetelucht). Leg een vel bakpapier losjes op de deegbodem en verdeel er bakbonen of bakrijst over. Bak de bodem gedurende 10 minuten in de oven (=blind bakken). Verwijder dan de bakvulling en bakpapier en bak de bodem nog eens 20 minuten in de oven tot deze goudbruin is.
- Ondertussen ga je de custard maken: kluts de eieren los met de gecondenseerde melk. Halveer het vanillestokje, schraap de merg uit en voeg toe aan de eieren. Mix tot een lichtgele, egale massa.
- Neem de taartbodem uit de oven laat iets afkoelen. Verdeel daarna de custardvulling over de taartbodem en bak de Indonesische custard taart af gedurende 30-35 minuten in het midden van de oven, tot de custard net gestold is. Plaats de vorm op een rooster en rasp er direct de nootmuskaat overheen. Laat de taart afkoelen tot kamertemperatuur en serveer in punten.
Selamat Makan! (= Eet smakelijk!)